Duurzame mobiliteit verbinden
Yorick Tomassen, business partner Mobiliteit, en Caroline Koekenbier, business partner Overheid, zochten dit uit. Ze gingen in gesprek met Anna Richt en Marijn van der Maesen van iZoof Public Drive: een sociale onderneming op initiatief van de wijk Spaarnelanden in de gemeente Haarlem. iZoof verbindt verschillende vormen van duurzame mobiliteit met elkaar.
Hoe kijken jullie vanuit iZoof naar de rol van de overheid binnen de deelmobiliteit?
“Een deelconcept betekent dat bewoners onderling een auto delen. Het is een trend die je steeds meer in de steden ziet. Er is gebrek aan parkeergelegenheid en de vervuiling in de steden wordt steeds erger. Dat is niet alleen een probleem, maar ook een kans. De gemeente wil meer ruimte voor groen, spelen en fietsen. Dat kan door het delen van auto’s te stimuleren. Daar moet je als overheid dan keuzes in maken. Als je deelmobiliteit als instrument wilt gebruiken om de overgang naar een groenere leefomgeving te versnellen, dan kun je dat als overheid faciliteren. Zeker als je deelauto’s meteen elektrisch maakt.”
Een deelauto wordt gebruikt door een groep bewoners die elkaar kent, de ‘warme kring’. Wat verstaan jullie bij iZoof onder een warme kring? Is dat een buurt of een wijk?
“Dat proberen we uit. Binnen de appgroep die we gebruiken ligt de grens bij 50 bewoners. Daarboven wordt het anoniemer. Binnen deze warme kring wordt niet alleen de auto gedeeld. Er is daarnaast ook contact met de bewoners door middel van een discussieplatform. En we vragen ze naar hun ervaringen. Wel of niet standaard een kinderzitje in auto’s is bijvoorbeeld zo’n vraagstuk.
Ook het schoon achterlaten van de auto, banden die op de stoep staan en ruitenvloeistof die niet is bijgevuld zijn discussiepunten. Een warme kring wordt groter door breder contact en betrokkenheid. Daarbinnen is er altijd een harde kern van ongeveer 10% die heel actief is.”
Een veelgehoord bezwaar over een deelautoplatform is de beschikbaarheid. Men vindt toch dat men weg moet kunnen als ze dat willen. Wat is jullie ervaring?
“Een auto garanderen kan natuurlijk niet. Maar in de praktijk blijkt dit heel erg mee te vallen. De beleving is dat je de vrijheid wilt hebben om meteen een auto te kunnen pakken. Maar in werkelijkheid blijkt dat je veel vaker een rit plant dan dat je iets spontaan doet. Een goed alternatief kan zijn om platformen te koppelen. Bijvoorbeeld deelauto’s en elektrische bakfietsen. Of je krijgt korting op de taxi als er geen deelauto beschikbaar is.”
Een van de deelplatformen binnen iZoof is Electric Taxi. Hoe is dit ontstaan en hoe werkt dat?
“We kregen de vraag van bewoners om hen te helpen met elektrisch deelvervoer. Tegelijkertijd wilden we in Spaarnelanden mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt op een duurzame manier aan het werk helpen. Daarom zijn we deze sociale onderneming gestart. Om elektrisch te kunnen rijden heb je een bepaald volume nodig omdat het veel duurder is dan een benzine- of dieselauto. Je moet de auto's dus goed benutten. In de praktijk staan ze helaas best veel stil. Daarom delen we de elektrische auto’s bij Electric Taxi met meerdere chauffeurs, zij werken als zzp’er. Deze groep mensen is ook een soort warme kring. Zo worden de auto’s optimaal benut, is er controle en zijn de risico's goed te beheersen.”
Als verzekeraar weten we dat bij deelauto’s de verzekering ook een uitdaging is. Wat moet je verzekeren? De auto of de berijder? En hoe zorg je dat de persoon die rijdt, verzekerd is?
“Dit is vooral een politieke vraag. Helaas geven de meeste partijen hier nog geen aandacht aan. Beantwoording van deze vraag is wel nodig. Deelauto's en deeltaxi’s moeten verzekerd worden, dus er is markt voor. Ook moet er een oplossing komen voor de schadevrije jaren als je een poosje geen auto hebt. Op dit moment verzekeren verzekeraars nog steeds het voertuig. In de toekomst zou dat de berijder moeten zijn. Wat ons betreft zitten we in een overgangsperiode. Vroeger had iedereen een auto. Nu is er lease. En van lease gaan we langzaam maar zeker over naar steeds meer deelauto’s. Het is het begin van een verandering.”
Welke rol kan de overheid pakken binnen de deelmobiliteit?
“De rol van de overheid is cruciaal. In de steden zijn commerciële partijen al langer bezig met deelmobiliteit, maar zij moeten letten op hun rendement. Op plekken waar het gebruik van deelauto’s niet meteen winstgevend is, wordt het aantal deelauto's verminderd en soms zelf weggehaald. Hierdoor hebben bewoners geen vertrouwen om daar in te investeren. Nu de overheid erbij betrokken is, ontstaat er zekerheid en daarmee vertrouwen. Hierdoor stijgt de vraag en wordt het rendabel. Op dat moment kunnen marktpartijen goed instappen met voldoende rendement. De overheid is dan een soort vliegwiel die zorgt dat het gaat draaien. Hetzelfde gebeurt bijvoorbeeld al bij afvalscheiding. Gemeentes maken het beleid en commerciële partijen voeren dit uit. Er is dan sprake van een juridisch kader: mensen hebben het recht dat hun container wordt geleegd. Dit geldt dan ook voor deelauto's.”
De overheid heeft dus een belangrijke rol om de overgang naar deelmobiliteit tot stand te brengen. De markt kan dit niet alleen omdat zij niet direct geld kunnen verdienen.
“Dat klopt. Bij gedragsverandering heb je de overheid nodig. De overheid moet zorgen dat deelmobiliteit mogelijk wordt en aantrekkelijk is. Samenwerking tussen de overheid, bewoners en de markt is noodzakelijk. Helaas houdt de overheid zich op veel plaatsen nog afzijdig terwijl ze een hele belangrijke rol hebben. Zij bepalen hoe we omgaan met de openbare ruimte en hoe we de overgang naar deelmobiliteit in gaan zetten. Het alternatief voor de huidige mobiliteit moet goed en betrouwbaar zijn. Daar kunnen zij voor zorgen. Zo wordt deelmobiliteit aantrekkelijk. En stappen steeds meer mensen over naar een vorm van deelvervoer.”