Kies de overlijdens­risico­verzekering die bij u past

Een vaste premie past bij u als:

• u het prettig vindt om elke maand dezelfde premie te betalen.
• u de verzekering niet voor de einddatum stopt. Want bij een vaste premie betaalt u een gemiddelde maandpremie. De premie is in het begin eigenlijk te hoog. En aan het eind te laag. U betaalt dus uw premie vooruit. Als u de verzekering eerder stopt, ontvangt u de vooruitbetaalde premie niet terug.

Een variabele premie past bij u als:

• u een lage startpremie wilt. En u verwacht dat u de hogere premie later wel kunt betalen.
• u nu nog niet weet of u tot de einddatum verzekerd wilt zijn. Wanneer u de verzekering eerder stopt, is een variabele premie meestal voordeliger. Want bij een variabele premie betaalt u elke maand premie voor het risico van die maand.

U verzekert 1 persoon (uzelf óf uw partner) als:

• u alleenstaand bent. U verzekert uzelf zodat uw nabestaanden niet achterblijven met financiële verplichtingen.
• u een partner heeft en er een uitkering nodig is als uw partner overlijdt. U verzekert dan alleen uw partner.
• u een partner heeft en er een uitkering nodig is als u overlijdt. U verzekert dan alleen uzelf.

U verzekert 2 personen (uzelf én uw partner) als:

• er een uitkering nodig is als u óf uw partner overlijdt.

U sluit voor elke persoon een eigen verzekering als:

• voor beide personen een uitkering nodig is.
• u voor elke persoon wilt bepalen hoe u de verzekering samenstelt. Bijvoorbeeld de verzekeringsvorm en de einddatum.
• u na het 1e overlijden wilt beslissen of de verzekering voor de achterblijvende partner door moet blijven lopen.

U sluit 1 verzekering voor beide personen als:

Een gelijkblijvend verzekerd bedrag past bij u als:

• u de hele looptijd van de verzekering hetzelfde bedrag wilt laten uitkeren na een overlijden.
• u een tekort wilt aanvullen voor een bepaalde periode na een overlijden. Bijvoorbeeld om 5 of 10 jaar een inkomen op te vangen.
• u een aflossingsvrije hypotheekschuld heeft.

Een dalend verzekerd bedrag past bij u als:

• uw financiële verplichting in de toekomst steeds lager wordt. Bijvoorbeeld omdat u aflost. Of omdat u ervoor spaart.
• Als u de verzekering gebruikt om een inkomenstekort op te vangen tot een bepaalde leeftijd. Hoe langer u leeft, hoe minder u dan nodig heeft.
• u een tekort wilt aanvullen tot aan een bepaalde datum. Bijvoorbeeld uw pensioendatum.
• Als u een schuld heeft die u periodiek aflost. Bijvoorbeeld een annuïteitenhypotheek.