CJIB geeft ruim 10.000 boetes voor opgevoerde bromfietsen
Naast het onverzekerd rondrijden op een bromfiets, voeren veel bromfiets eigenaren ook hun bromfiets op. Door kleine aanpassingen kunnen bromfietsen dan net even iets (of veel) sneller rijden.
Het CJIB kent 3 soorten overschrijdingen van de maximale constructiesnelheid (45 km/u) van een bromfiets: 0 tot 10 km/u, 10 tot 15 km/u en meer dan 15 km/u. Boetes voor te hard rijden kunnen oplopen tot wel € 250,-.
In 2021 zijn in Nederland 9.709 boetes uitgeschreven voor opgevoerde bromfietsen. Per gemeente zijn er grote verschillen. Zo blijken er maar 16 gemeenten te zijn waar meer dan 100 brommers zijn betrapt met een opgevoerde bromfiets.
Een opgevoerde bromfiets kan voor onaangename verrassingen zorgen
Veroorzaakt men met een verzekerde opgevoerde bromfiets schade? Dan betaalt de bromfietsverzekering deze schade meestal niet uit. Ook niet als de bromfietsrijder zich aan de juiste snelheid houdt. Brengt de bromfietsrijder met een opgevoerde bromfiets schade aan een ander? Dan betaalt de bromfietsverzekering de schade aan de ander uit, maar kan de verzekeraar deze schade op de bromfietsrijder verhalen.
Onderzoeksmethode
Centraal Beheer gebruikte de meest actuele cijfers van het CBS, de politie het LIV, het CJIB en het RDW om de Nederlandse bromfiets in kaart te brengen.
De RDW - en de CBS - cijfers van december 2021 zijn afgezet tegen het aantal boetes (Feitcode A902 - bron: CJIB) voor het niet hebben van een verplichte WA verzekering uit het jaar 2021. Bij de toplijsten is een minimum van 500 geregistreerde bromfietsen per gemeente aangehouden.
De cijfers van het aantal gestolen bromfietsen (Politie) zijn afgezet tegen het aantal bromfietsen per gemeente (CBS) en gaan over 2021.
Het aandeel onverzekerde bromfietsen in Nederland is berekend met cijfers van het RDW (2021).
De kans dat een bromfiets van een bepaald merk gestolen komt van het LIV en is een momentopname van juni 2021.
Het aantal boetes voor te hard rijden op een opgevoerde bromfiets gaan over 2021.
Deze cijfers zijn van het CJIB.
Bronnen: