Groene tuintips

Bij een duurzaam huis denken veel mensen aan zonnepanelen en isolatie. Maar wist je dat je ook je tuin kunt verduurzamen? Met de tips van deze tuinexperts ga je voor een duurzaam mooie tuin. Klein beginnen kan ook!
16 jul 2021
Als je in tuinbladen kijkt, moet je je best doen om een uitgebloeid bloemetje of blaadje te zien. Maar dat perfecte beeld is niet echt.

Droogte en wateroverlast

We krijgen in Nederland door de klimaatverandering steeds vaker te maken met lange droge perioden en met wateroverlast. Een duurzame tuin maakt slim gebruik van regenwater en kan beter tegen droogte. Ook is het een fijne plek voor insecten, vogels en andere dieren. En dat is weer goed voor de biodiversiteit en de natuur om ons heen. Bovendien heeft een duurzame tuin een mooie, natuurlijke uitstraling.

Een 'groen' evenwicht

Volgens Tinka Chabot moeten we anders naar tuinieren gaan kijken. Ze mag zich dit jaar met haar bedrijf S‑Kwadraat Duurzaamste Hovenier van Nederland noemen. 'Als je in tuinbladen kijkt, moet je je best doen om een uitgebloeid bloemetje of blaadje te zien. Maar dat perfecte beeld is niet echt. Als we dan in onze eigen tuin een keer een insect op een verdord blaadje zien, denken we meteen aan een plaag. Terwijl alles draait om een goed evenwicht van bodem, planten en beestjes.'
Eigenlijk is duurzaam tuinieren best een luie vorm van tuinieren.

Een duurzame tuin

Maak je tuin makkelijk duurzamer met deze tips van de tuinexperts. 
Een gezonde bodem bevat genoeg voedingsstoffen waardoor planten goed groeien. Dit is belangrijk in een duurzame tuin, want een bodem met veel humus en planten houdt water beter vast. Zo ga je al een stukje duurzamer om met water. En dat bereik je, grappig genoeg, juist door wat minder hard te werken in de tuin. Tinka: 'Eigenlijk is duurzaam tuinieren best een luie vorm van tuinieren. Vaak bemesten is in een duurzame tuin niet nodig. Planten groeien dan ongezond hard. Zorg er liever voor dat de bodem goed begroeid is. Schoffel de bodem niet helemaal kaal tot zwarte aarde, maar wied met de hand. En laat afgevallen blaadjes en uitgetrokken onkruid op de bodem liggen. Dit groenafval wordt omgezet in humus en dat is voeding voor de planten. Is de bodem erg verschraald? Dan kun je hem verrijken met bodemverbeteraar, een mengsel van schimmels en bacteriën.'
Ook Wouter Rijkaart van duurzaam hoveniersbedrijf Willemstein Hoveniers zegt dat voldoende goede grond in de tuin belangrijk is. ‘Een duurzame tuin maakt slim gebruik van regenwater. Bestrating en tegels in tuinen zorgen ervoor dat regenwater moeilijk in de grond zakt en ongebruikt naar het riool stroomt. Haal daarom liever alle verharding die niet noodzakelijk is uit je tuin. In borders met planten en gras kan het water goed wegzakken. Dit zorgt ervoor dat het grondwaterpeil stijgt. Ook voorkom je hiermee wateroverlast in je tuin en straat bij hevige regenval.’

Met een waterplaats kun je regenwater beter opvangen in je tuin. Wouter: 'Dat kan bijvoorbeeld met een wadi. Dit is een moerasachtig gedeelte in de tuin. In natte perioden stroomt de wadi helemaal vol. Als het weer droog wordt, zakt het opgevangen regenwater langzaam de bodem in. Het water uit de regenpijp van je huis leid je bijvoorbeeld met een gootje naar de wadi. Leg de waterplaats in je tuin aan met planten die zowel tegen natte als droge perioden kunnen. Je zult zien dat een wadi je tuin ook een stuk levendiger maakt. Deze natuurlijke waterplaats trekt vogels, insecten en padden aan.'

Een ander voorbeeld van een waterplaats in de tuin is een verlaagde regenwatervijver. Tinka: 'Dit is een duurzaam aangelegde vijver in een lager deel van de tuin. Regenwater kan hiernaartoe stromen en de vijver trekt allerlei beestjes aan. Zo’n waterplaats past veel beter als regenwateropslag in een duurzame tuin dan bijvoorbeeld plastic infiltratiekratten onder de grond.'

Sommige delen van de tuin wil je misschien bestraten. De oprit bijvoorbeeld. Volgens Wouter kun je dan het beste voor speciale waterdoorlatende tegels kiezen. En voor tuinpaden of zelfs een tuinterras is grind in plaats van stenen erg geschikt. Dit laat regenwater beter door. 'Neem bijvoorbeeld olivijn. Met dit grind draag je een extra steentje bij aan een beter klimaat. Het laat namelijk water door, maar draagt ook nog bij aan vermindering van CO2. Het gesteente bindt namelijk CO2 en zet dit om in kalk. En je zit met olivijn toch stevig in je tuinstoel. Wil je graag een tuinpad met een natuurlijke uitstraling? Kies dan voor perzikstenen, de omhulsels van perzikpitten.'

Veel sproeien met drinkwater is niet zo duurzaam. Wouter: 'Met een regenton of andere regenwateropvang vang je regenwater op dat je tijdens droge perioden kunt gebruiken in je tuin. Zo verbruik je minder drinkwater en stroomt regenwater niet ongebruikt naar het riool.'

Regenwateropvang is niet de enige oplossing tegen droogte. Kijk ook goed naar de aard van de planten in de tuin, vertelt Tinka. 'Je moet zorgen dat planten diep wortelen. Zo kunnen ze beter tegen droogte en hoeft je ze minder water te geven. Geef planten tijdens droge perioden vanaf het begin maar om de paar dagen water. Dan gaan de wortels op zoek naar water en groeien ze dieper. Planten die oppervlakkig wortelen drogen veel sneller uit. Houd bij het aanplanten ook rekening met de plek. Zet bijvoorbeeld geen moerasplant op een stapelmuur, daar is het veel te droog. Kijk goed naar wat de plant nodig heeft.'

Een andere manier om regenwater geleidelijk op te vangen is een groen dak op je huis. Een groen dak bestaat meestal uit een bodemlaag met daarop vetplantjes. Deze plantjes gebruiken het regenwater. Zo stroomt er minder water naar het riool. Ook kan een groen dak zorgen voor een koeler huis in de zomer. Wouter: 'Een groen dak draagt bij aan goede isolatie. Het warmt namelijk minder snel op dan een dak met bitumen. Dit scheelt al gauw een paar graden in huis. Vaak is het platte dak van een uitbouw heel geschikt voor een groen dak. Of van de garage. Laat wel altijd even een goede constructieberekening maken.'

Ook een 'groene' gevel draagt bij aan een betere afwatering en goede isolatie, legt Wouter uit. 'Dit kan al heel simpel door een tegel bij de gevel weg te halen. Zet er wat planten in en klaar. Of werk met speciale bloembakken aan de muur. Een geveltuin is ook handig als je weinig buitenruimte hebt.'

Bij sommige gemeenten kun je subsidie krijgen voor een groen dak of het afkoppelen van regenwater. 

De bijtjes zoemen rond de bloemen en de vogels kwetteren in de haag. Misschien hoor je 's avonds laat zelfs het geritsel van een egeltje. In een duurzame tuin voelen beestjes zich thuis. Dat is goed voor de biodiversiteit. En uiteindelijk ook weer goed voor ons omdat bijvoorbeeld insecten verschillende gewassen bestuiven. In een duurzame tuin krijg je na een tijdje vanzelf een natuurlijk evenwicht tussen insecten, vogels en andere dieren. Plagen in de tuin komen dan minder snel voor. Met de juiste planten trek je dieren aan in je tuin. Wouter: 'Plant zo veel mogelijk inheemse planten. Insecten kennen deze planten en komen eropaf. Bij exoten, zoals palmbomen, heb je dat niet. En struiken met bessen trekken vogels naar de tuin.'

Zorg ook voor voldoende schuilplaatsen. Denk aan struiken, hagen en dood blad. 'Met niveauverschillen, water en wat stapelstenen in de tuin maak je plekken waar insecten kunnen schuilen. Bijen nestelen soms in afgeknipte, holle stengels. Leg als tuinafscheiding liever een haag aan dan een schutting. In een haag kunnen vogels en andere dieren schuilen. En egels scharrelen zo gemakkelijker van de ene naar de andere tuin. Of zorg voor een doorgang in de schutting waar egels doorheen kunnen,' raadt Tinka aan.

Wat we doen in de tuin, heeft ook invloed op de natuur om ons heen.

Aandacht voor planten

De duurzame hoveniers raden aan om met aandacht naar planten te kijken. 'Wat we doen in de tuin, heeft ook invloed op de natuur om ons heen', zegt Tinka. 'Snoei zo veel mogelijk met de hand en op zo’n manier dat er altijd bloemen en vruchten aan komen. Dit is goed voor de insecten. En gebruik planten die van nature voorkomen in Nederland. Uitheemse planten die nu populair zijn, zoals de laurierkers, verspreiden zich soms gemakkelijk in natuurgebieden. Daar overwoekeren ze andere soorten.'